Autorijschool
Pompert
Eindhoven
Menu
Neem contact op

De meest gemaakte fouten tijdens het theorie-examen

Gemiddeld slaagt minder dan de helft van alle kandidaten die het theorie-examen maken in één keer. Tijdens het theorie-examen mag je maar weinig fouten maken en daarom wordt het examen ook als vrij pittig beschouwd.

Het theorie-examen bestaat uit twee onderdelen,  de theorie met 40 vragen en het onderdeel gevaarherkenning met 25 vragen. Van de 40 vragen in het onderdeel theorie moet je er 35 goed hebben, je mag dus slechts vijf fouten maken. Bij het onderdeel gevaarherkenning mag je van de 25 vragen, maximaal 12 fouten maken. De reden waarom je bij gevaarherkenning meer fouten mag maken dan bij de theorie, is dat het hier echt om inzicht gaat. Er worden situaties voorgelegd die in het dagelijkse verkeer ook voor kunnen komen en hier moet jij binnen acht seconden antwoord op geven. Dit lijkt weinig tijd en dat is het ook, maar wanneer je deelneemt aan het verkeer zal je ook snel moeten reageren.

Vragen die vaak goed worden beantwoord

De vragen die het vaakst goed worden beantwoord, zijn vragen over de toestand van de bestuurder. Dit zijn bijvoorbeeld vragen die over vermoeidheid, alcohol en drugs gaan. De reden waarom deze vragen vaak goed beantwoord worden, is omdat deze ook over een stukje algemene kennis gaan. Deze situaties komen namelijk ook voor in het dagelijks leven.

Daarnaast worden vragen met betrekking tot de theorie, waar je goed voor kunt leren, ook vaak goed beantwoord. Dit heb je namelijk zelf in de hand.

Vragen die het vaakst fout worden beantwoord

De meeste kandidaten hebben moeite met de vragen die gaan over de plaats op weg, het voorsorteren en vragen die gaan over de risico’s die hangen aan de toestand van de auto. Vooral bij het laatste onderwerp worden de meeste fouten gemaakt. 1 op de 4 vragen wordt hier fout beantwoord.

Vragen die ook vaak fout gaan zijn vragen over het gebruik van de lampen van de auto, met name het gebruik van de mistlampen. Want wanneer mag je deze aandoen en wanneer niet? Van de overheid mag je de mistlampen die vooraan de auto zitten alleen gebruiken bij mist, sneeuwval of regen wanneer je bijna niets meer kunt zien. De richtlijn die je dan kunt aanhouden is bij een zicht van minder dan 200 meter.

Voor mistlampen achter de auto geldt weer een andere regel. Deze mag je alleen gebruiken wanneer het zicht minder dan 50 meter is. Zelfs bij zware regen mag je het mistachterlicht niet gebruiken. Dit komt omdat het mistachterlicht felrood is en voor je achterligger de illusie kan wekken dat je aan het remmen bent.

Oefenen, oefenen en blijven oefenen

De tip om je theorie-examen te halen is net als bij alle examens, blijven oefenen. Op internet staan genoeg oefentoetsen waarmee jij het examen kunt oefenen. Daarnaast is het van belang vooral naar de fouten te kijken en te begrijpen waarom je deze fout hebt. Zo beantwoord je een soortgelijke vraag tijdens een andere oefentoets of je theorie-examen misschien wel goed. Hierna kun jij dan door voor jouw rijbewijs!

Neem contact op